In het kielzog van De Eerste Wereldoorlog, nadat een bestand was verklaard en toen de bondgenoten hun grote overwinning hadden verzekerd, was de Ottomaanse Staat vernietigd en versplinterd in kleine staten. De bondgenoten grepen al de Arabische landen: Egypte, Syrië, Palestina, TransJordanie en Irak, hen afsnijdend van de staat zodat alles wat overbleef in de handen van de Ottomanen Turkije was en zelfs zij was binnengevallen door de bondgenoten. Britse oorlogsschepen grepen de Bosporus en het Britse leger bezette delen van de hoofdstad Istanbul, alle Dardanel forten en de meeste van de strategische punten door heel Turkije.
De Fransen hadden ondertussen ook delen van Istanbul bezet en hun Senegalese soldaten vulden haar straten. Het Italiaanse leger bezette Bira en de spoorwegen en de geallieerde machten namen het bestuur over de politie, de nationale garde en de poorten over. Ze ontdeden alle forten van hun wapens en ontlaadden een deel van het Turkse leger. De “Unie en Progressieve Partij” was opgeheven en zowel Jamal Pasha en Anwar Pasha vluchtten het land uit. De rest van zijn leden gingen ondergronds. Een marionetten regering was toen gevormd, geleid door Tawfeeq Pasha om de orders van de bezette machten te executeren.
De Khaliefah in die tijd was Wahied ad dien, hij realiseerde zich dat hij de realiteit onder ogen moest zien en de situatie moest redden op een juiste manier. Hij ontbond het parlement en stelde de post van de Eerste Minister aan voor één van zijn meest loyale vrienden, Faried Pasha, die hem steunde in zijn beleid om meegaand te acteren jegens de bondgenoten opdat ze het land niet zouden vernietigen, waar het meer dan alleen kwetsbaar voor was, nu was de oorlog geëindigd. Hij voerde zijn plan uit en de situatie bleef zo voor een tijdje met de bondgenoten die Turkije domineerden in een kalme staat. Dit bleef zo tot 1919, toen dingen begonnen te veranderen en de positie van de bondgenoten verzwakten. Een serie van crises raakten Italië, Frankrijk en Engeland op hun thuisfront, serieus genoeg om hun interne stabiliteit te bedreigen en al snel begonnen verschillen uit hen voort te komen. Dit was duidelijk in Istanbul waar ze vochten over de buit, elk van hen wilde het leeuwendeel van de militaire posities en economische voordelen. Op dit punt, bevond Turkije zich in de mogelijkheid haar laatste kans te grijpen en haar bestaan te redden. Nu dat een kloof was verschenen tussen de bondgenoten en hun zwakheden ontrafeld waren, was er een punt bereikt waarbij elk van hen de Turken tegen elkaar gingen opzetten, en gedurende dit proces gaven ze de Turken steun.
De vredesconferentie, die ze hadden gepland, vond nog niet plaats en haar voorwaarden waren nog niet vastgelegd. Derhalve, een glimp van hoop verscheen aan de horizon en de mensen begonnen te geloven dat ze een serieuze weerstandsbeweging op poten konden zetten. Meer dan tien geheime verenigingen werden opgericht in Istanbul. Hun doel was het verkrijgen van wapens en depots die onder de controle van de vijand waren en zonden ze naar geheime organisaties binnen het land. Sommige ambtenaren waren betrokken bij dit werk. Ismat; een afgevaardigde in het ministerie van oorlog, Fawzi; de stafchef, Fathi; de minister van binnenlandse zaken en Ra’oef; minister van de marine, waren onder degenen die deze bewegingen hielpen. Dus, de taak van de geheime weerstand tegen de vijand was opgenomen door de vele verenigingen gevormd met één doel in gedachte, ook de “Unie en Progressieve Partij” werd ook weer erg actief. Deze bewegingen werden bemand door sommigen van de militairen totdat ze uiteindelijk werden verenigd onder één beweging geleid door Mustafa Kemal. Hij richtte een beweging op om de bondgenoten te bevechten en te verwijderen van het land en hij zwoer het leger van de Khaliefah te bevechten als deze in zijn weg stond.
Het succes van Mustafa Kemal in deze campagne was opmerkelijk. Beseffende dat de centrale overheid en de autoriteit van Istanbul onder de controle van de vijand waren besloot hij een nationale overheid op te richten in Anatolië. Dus organiseerde hij een nationale conferentie(reeks) in Sywas, waar het beleid en middelen, om Turkijes’ onafhankelijkheid te bewaken, bediscussieerd werden. De conferentie adopteerde enkele resoluties en een comité van afgevaardigden was gevormd geleid door Mustafa Kemal. De conferentie zond een waarschuwing naar de Sultan eisende de verwijdering van Eerste Minister Faried en het houden van vrije parlementaire verkiezingen. Onder deze druk was de Sultan gedwongen zich neer te leggen bij de eisen van de conferentie en derhalve onthief hij de Eerste Minister van zijn taak en wees Ali Redha aan als zijn opvolger, daarna beval hij dat er nieuwe verkiezingen gehouden moesten worden. De delegaties van de conferentie traden de verkiezingen binnen als een groep met een manifest ontworpen bevrijding van het land en ze bereikten een ruime meerderheid in het nieuwe parlement.
Na hun succes gingen ze verder in Ankara en vestigden daar hun hoofdkwartier, waar ze een vergadering hielden en voorstelden dat het parlement naar Istanbul zou moeten gaan en hun Raad van Afgevaardigden zou moeten verwijderen omdat haar leden nu officiële afgevaardigden waren. Echter, Mustafa Kemal opposeerde deze twee voorstellen ten stelligste zeggende: “De Raad van Afgevaardigden zouden moeten continueren totdat de verplichting en integriteit van het parlement duidelijk is gemaakt en totdat haar beleid bekend wordt. En voor het verhuizen naar de hoofdstad, dit zou zuivere onzin zijn want als jullie dit zouden doen zouden jullie vallen in de handen van de vijand. De Britten controleerden het land nog steeds en de autoriteiten zullen ongetwijfeld zich bemoeien in jullie kwesties en jullie misschien zelfs arresteren. Het parlement zou derhalve hier moeten oproepen in Ankara zodat het onafhankelijk blijft.” Mustafa Kemal stond erop en verdedigde zijn opinie ten stelligste maar faalde de afgevaardigden te overtuigen om de sessies van het parlement te houden in Ankara. De afgevaardigden gingen naar behoren naar de hoofdstad, uitten hun loyaliteit aan de Khaliefah en continueerden met hun werk. Dit was in januari 1920.
De Khaliefah trachtte zijn wil op te leggen aan de afgevaardigden maar ze weerstonden deze en lieten hun bereidheid zich vast te houden aan de rechten van het land zien. Toen druk van de geallieerden zich op hen opstapelden, vertrouwden ze op de publieke opinie op het convenant waar ze in overeenstemden tijdens de Sywas conferentie. Het convenant bevatte de voorwaarden waar volgens hetgeen ze bereid waren vrede te accepteren. Meest urgent van deze voorwaarden was dat Turkije een vrije en onafhankelijke staat zou zijn met gespecificeerde grenzen. De geallieerden, vooral de Britten verblijdden zich, want dit was precies hetgeen ze op doelden. Bovendien wilden ze dat dit kwam vanonder de Turken zelf.
Het is hier vermeldenswaardig dat al de landen waar de Ottomaanse Staat over regeerde als wilaya in haar capaciteit als de Islamitische Staat, elk in het begin van de Eerste Wereld Oorlog een overeenkomst voor hen hadden laten opschrijven door de geallieerden en dat ze verkondigden de onafhankelijkheid van het deel wat de geallieerden separaat probeerden te houden konden verkondigen. Irak had derhalve een overeenkomst gesloten wat de onafhankelijkheid van Irak inhield, zo ook Syrië, Palestina, Egypte en zo verder. Dus was het slechts natuurlijk voor de bondgenoten, vooral de Britten, zich te verblijdden over deze Turkse Nationalistische Overeenkomst, want het was precies hetgeen ze wilden; de ontleding van de Ottomaanse Staat en haar verdeling in staten zonder dat het terug zou keren als één sterke staat. Hun droom van het vernietigen van de Staat van de moslims bleek op het punt te zijn aangekomen haar vruchten af te gaan werpen.
Was het niet voor de overeenkomsten, die de geallieerden overal hadden opgezet, zou de situatie een andere wending gekregen hebben. De reden hiervoor was dat de Ottomaanse Staat een enkele entiteit was wat al haar wilayaat beschouwde als deelgenoot. Ze had een systeem van eenheid (d.w.z. een federatie) geadopteerd en geen Unie (d.w.z. een confederatie) en dus was er geen verschil in het beleid van de staat tussen de Hidjaaz of Turkije, noch tussen het district van al Qoeds en het district van Iskandaroena. Allen van dezen waren deel van één enkele staat.
Hierbij toegevoegd zou de situatie verder nog complexer worden door de voorwaarden opgelegd op de verslagen machten aan het einde van de oorlog. Dit was omdat het verslaan van Turkije gelijk was aan die van Duitsland, omdat ze bondgenoten in de oorlog waren en de voorwaarden voor vrede neergelegd in een land zouden toegepast worden op de ander. Dus weerstonden de mensen van Duitsland het idee van het delen van ook al een breedte van een handspan van hun land en vochten tegen het uiteen rijten van hun land aan, zo was het ook voor de Ottomaanse Staat en zij ook zou nooit moeten worden opgedeeld. De geallieerden waren bewust van deze realiteiten en dezen hielden ze voor hun rekening. Toen de Ottomanen echter zelf vroegen of het land zich zou ontleden van de rest, een verzoek gezocht door zowel Turken als Arabieren, verwelkomden de geallieerden deze kans en moedigden dergelijke bewegingen vurig aan; vooral in het centrum van de staat (Turkije) waar het meeste van de heerschappij binnen de staat was afgeleid en waar het was vertegenwoordigd.
Derhalve zagen de geallieerden het convenant als zijnde hun uiteindelijke overwinning. De Turken werd hun vrijheid van weerstand toegestaan, op het moment dat het gepubliceerd was, en de geallieerden lieten hun troepen terug trekken vanuit elke hoek van het land. De Britse en de Franse troepen waren verwijderd van het land. Samengaand begonnen de Turken hun krachten te verzamelen. Een opstandige beweging was gevormd wat uiteindelijk leidde tot een revolutie tegen de Khaliefah, hem dwingend een leger te zenden om de beweging te vernietigen. Dit lukte totdat al de mensen bij de Sultan stonden behalve degenen in Ankara waar het kernbolwerk van de revolutie was. Uiteindelijk, was Ankara zelf op de rand van verlies. In de confrontatie van de Khaliefah’s leger, vielen de omringende dorpjes één voor één en voegden zich daarna bij hen. Mustafa Kemal en degenen met hem bevonden zich in een zeer kritieke situatie, maar Mustaf Kemal was vastberaden om door te vechten wekte dus de nationalisten op. Ze reageerden en verzamelden macht. Geruchten werden verspreid onder de Turkse provincies en dorpen dat het Britse leger op het punt stond de hoofdstad te bezetten, de nationalisten te arresteren en het huis van parlement te sluiten met geweld.
Geruchten over de Khaliefah en zijn regering over het steunen van de bezetting waren ook wijdverspreid. Al snel veranderde de situatie. Mensen begonnen de Khaliefah te verlaten en de publieke opinie verschoof richting de nationalisten in Ankara. Mannen en vrouwen snelden richting Ankara zich aanbiedend om Turkije te verdedigen. Vele soldaten verlieten het leger van de Khaliefah en voegden zich bij het leger van Mustafa Kemal, die op dat moment tot een held van de Turken was verworden en een symbool voor hun hoop. Zijn positie verzamelde kracht en bijna het gehele land kwam in zijn macht. Hij bracht een pamflet uit die opriep voor de verkiezing van een nationale Raad van Afgevaardigden dat Ankara zou positioneren als haar hoofdkwartier. De verkiezing vond plaats en de nieuw gekozen leden werden samengeroepen en noemden henzelf de Nationale Vertegenwoordiging. Ze beschouwden zichzelf als de legitieme overheid. Ze stemden voor Mustafa Kemal als president van de Raad van Afgevaardigden. Ankara werd het centrum van de nationale regering en alle Turken stemden hiermee in. Mustafa Kemal verwijderde en vernietigde wat over bleef van het leger van de Khaliefah wat een eind maakte aan de burgeroorlog. Daarna concentreerde hij zich op het bevechten van de Grieken en verschillende bloederige slagen werden gevochten. De Grieken voerden de boventoon op het begin maar al snel verschoof de balans in het voordeel van Mustafa Kamal.
In augustus 1921 lanceerde hij een snelle en succesvolle aanval op de Grieken die in die tijd Izmir bezetten en andere delen van de Turkse kust. In het begin van september zond hij Ismat om Harrington te ontmoeten en de details uit te werken. Bij die ontmoeting waren de geallieerden overeengekomen om de Grieken te verwijderen van de Taries en henzelf terug te trekken van Istanbul en geheel Turkije. Als we Mustafa Kemals’ bewegingen nauwkeurig observeren kunnen we concluderen dat de geallieerden hun eisen alleen inwilligden wanneer hij een belofte maakte dat hij de Islamitische Staat er in ruil voor zou vernietigen. Dit werd duidelijk toen de Nationale Vertegenwoordiging met hem de toekomst van Turkije bediscussieerde in het begin van de overwinningen die ze hadden bereikt. Hij antwoordde: “Ik geloof niet in een bond van Islamitische landen, noch een bond van de Ottomaanse mensen, en elk van ons is vrij elke opinie te omarmen die hij wenst. Echter de overheid zou moeten gehoorzamen naar een gemaakt en uitgedacht beleid gebaseerd op realiteiten. Een beleid dat een doel met zich meedraagt, dat is om het land te beschermen tezamen met haar onafhankelijkheid binnen zijn natuurlijke grenzen. Gevoelens en illusies zouden ons beleid niet moeten beïnvloeden en vervloekt zijn de dromen en mythen die ons veel gekost hebben in het verleden.”
Bij deze declaratie wilde hij de onafhankelijkheid van Turkije op basis van een land, voor het Turkse volk en niet de Islamitische oemmah forceren. Sommigen van de afgevaardigden en politici vroegen hem over hoe de regering van een nieuw Turkije zou worden gevormd want het zou onwaarschijnlijk voor haar zijn om twee regeringen te hebben zoals in die tijd: een overgangs regering met macht en Ankara als haar hoofdkwartier en een officiële en nominale regering in de hoofdstad geleid door de Khaliefah en zijn ministers. De politici stonden erop dat Kemal duidelijk zijn opinie moest laten blijken over deze kwestie. Hij gaf hen geen antwoord en verborg zijn intenties. In plaats daarvan begon hij het publiek op te zetten tegen de Khaliefah Wahied ad dien, hem beschuldigend van samenwerken met de Britten en Grieken. De mensen waren woest op de Khaliefah temidden van de publieke euforie achter hem, Mustafa Kemal riep om een bijeenkomst van de Nationale Vertegenwoordiging om zijn plan uit te stippelen aangaande de Sultan en de regering. Hij wist al de tijd dat hij in staat was om de afgevaardigden te overtuigen om Wahied ad dien te verwijderen en de Khaliefah van zijn autoriteit te beroven, maar hij kon niet een directe aanval op de Khilafah riskeren omdat dit Islamitische gevoelens zou aanzetten. Hij ontbond de Khilafah daarom niet en vermeed een rechtstreekse confrontatie met de kwestie. In plaats daarvan suggereerde hij op een slinkse manier de Khaliefah van alle macht te ontdoen.
Dus kon het Sultanaat ontbonden worden en Wahied al dien verwijderd worden. Toen de afgevaardigden dit hoorden werden zij sprakeloos en realiseerden zich al snel de gevaarlijke implicaties van het voorstel van welke zij gevraagd werden om te onderschrijven en zij debatteerden eerst over de huidige kwestie. Mustafa Kemal was bijzonder bezorgd en bang voor een dergelijk debat, dus hij vroeg in plaats daarvan voor een motie (stemming) aangaande het voorstel om plaats te vinden. Hij ontving de steun van tachtig afgevaardigden welke van zijn persoonlijke supporters waren.
De Nationale Vertegenwoordiging weigerde echter om zijn wens te vervullen en verwezen het voorstel naar het juridische comité om te behandelen. Toen het comité de volgende dag bijeengeroepen werd kwam Mustafa Kemal ook en volgde de richting van de gebeurtenissen aandachtig. Het comité, een mix van geleerden en advocaten, debatteerden een paar uur over de kwestie en realiseerden zich al snel dat het voorstel de Sjari’a teksten overschreed, omdat er in Islam niet zoiets is als een religieuze autoriteit en wereldse autoriteit, “Sultan en Khilafah”, zijn één en dezelfde. Het concept van de scheiding van de dien van de Staat bestaat niet in Islam en heeft ook nooit door haar geschiedenis heen bestaan. Er was een Islamitisch Systeem en de staat implementeerde het systeem. Het juridische comité kon onvermijdelijk geen rechtvaardiging voor een dergelijke scheiding vinden, noch kon het een reden vinden voor het leiden van een debat betreffende de kwestie, omdat de Islamitische teksten duidelijk en beslissend (niet open voor interpretatie) over deze kwestie zijn. Het was daarom niet verrassend dat het comité het voorstel afwees.
Mustafa Kemal was echter vastberaden om de dien van de staat te scheiden door het Sultanaat van de Khilafah te scheiden welke de voltooiing van de doelen van de bondgenoten was; de vernietiging van de resten van de Islamitische Staat door de handen van haar eigen mensen. Zijn koloniale cultuur welke hem aanzette tot imitatie van de westerlingen in hun scheiding van de wereldse macht van de spirituele, dreef hem tot het scheiden van het Sultanaat van de Khilafah, zoals de Kerk gescheiden werd van de staat in het Westen. Toen Mustafa Kemal realiseerde dat het debat van het comité een andere wending dan de zijne nam, verloor hij zijn beheersing en stond op van zijn stoel, hij stond op een stoel rokend van woede en onderbrak het debat van het comité door te schreeuwen: “Uwe excellenties! De Ottomaanse Sultan heeft de autoriteit van de mensen met geweld genomen, en de mensen hebben besloten om het met geweld terug te nemen. Het Sultanaat moet van de Khilafah gescheiden worden en ontbonden, dit zal plaatsvinden of jullie het er nou mee eens zijn of niet, het enige wat er is, is het feit dat sommige hoofden van jullie zullen vallen tijdens het proces”. Hij sprak als een dictator, toen werd de bijeenkomst van het comité afgebroken. De Nationale Vertegenwoordiging werd onmiddellijk geroepen voor een bijeenkomst om het voorstel te bespreken.
Door het debat realiseerde Mustafa Kemal zich dat de meerderheid van de afgevaardigden tegen het voorstel waren, dus verzamelde hij zijn aanhang en riep om een stemming op het voorstel door éénmalig de handen te rijzen. De afgevaardigden protesteerden hierop en zeiden: “Als het absoluut nodig is om te stemmen laat het dan plaatsvinden door de naam van elke afgevaardigde te noemen”. Mustafa Kemal wees dit af en schreeuwde dreigend uit: “Ik ben zeker van het feit dat de Nationale Vertegenwoordiging het voorstel met algemene consensus zal onderschrijven en het zal genoeg zijn om te stemmen met het rijzen van de handen.” Er werd gestemd over het voorstel en alleen een paar handen rezen. Echter het resultaat werd verklaard dat de Nationale Vertegenwoordiging het voorstel had geaccepteerd met een duidelijke meerderheid. De afgevaardigden waren hierdoor geschokt en sommigen van hen stonden op van hun stoelen en protesteerden, schreeuwend: “Dit is niet waar, wij zijn het er niet mee eens!” De aanhang van Mustafa Kemal schreeuwden terug naar hen en beheersten hen, er werden beledigingen uitgewisseld, toen verklaarde de President van de Nationale Vertegenwoordiging het resultaat van de stemming nog een keer, zeggend dat de Nationale Vertegenwoordiging de ontbinding van het Sultanaat goedkeurde met een duidelijke meerderheid. De bijeenkomst werd verdaagd. Mustafa Kemal verliet het conferentiegebouw omringd met zijn aanhang. Toen Wahied ad dien, de Khaliefah, het nieuws ontving vluchtte hij het land uit en al snel hierna werd zijn neef ‘Abdoel Madjid genomineerd als de Khaliefah van de moslims, alhoewel hij van alle autoriteit beroofd was. Het land echter, bleef zonder een legitieme heerser.
Als het Sultanaat gescheiden was van de Khilafah, wie zou dan de legitieme heerser zijn? Mustafa Kemal was doorgaand erg bezorgd om het Sultanaat van de Khilafah te scheiden, en hij deed het zonder de structuur van de overheid welke Turkije zou accepteren, te openbaren. Met de ontbinding van het Sultanaat werd het nodig om te beslissen over de vorm van de nieuwe regering. Zou Mustafa Kemal de regering vormen en de President van een constitutionele regering worden terwijl hij de Khaliefah als autoritaire figuur zou houden? Als dat zo zou zijn, zou de beslissing om het Sultanaat te ontbinden dan aanvankelijk niet oneffectief zijn?
Mustafa Kemal weigerde een regering te vormen en onthulde zijn intenties niet. Gesteund door zijn macht en autoriteit door welke hij controle over de mensen kreeg, vormde hij een partij welke hij de “Volkspartij” noemde. Zijn intentie was om publieke steun te winnen omdat ondanks zijn macht de meerderheid van de Raad van Afgevaardigden nog steeds tegen hem waren, zelfs na de verklaring van de scheiding van het Sultanaat van de Khilafah. Dit leidde hem om de onthulling van de vorm van de nieuwe regering die hij besloot te vormen te openbaren, Turkije als een republiek verklarend met hemzelf als haar President. Hij begon met het opzetten van een propagandacampagne tegen de Nationale Vertegenwoordiging en dit produceerde een beschamende politieke crisis, namelijk het ontslag van de zittende regering. De regering bood zijn ontslag aan de Nationale Vertegenwoordiging aan, daarmee een machtsvacuüm creërend. Onder de omstandigheden van deze diepgaande crisis, stelden sommigen van de afgevaardigden aan de Raad van Afgevaardigden voor, dat het Mustafa Kemal moest aanwijzen als hoofd van de regering om de crisis op te lossen. Aanvankelijk deed hij alsof hij geen ambities voor de taak had, daarna ging hij akkoord en klom op het podium om de Nationale Afvaardiging toe te spreken.
In zijn speech zei hij tegen de afgevaardigden: “Jullie hebben mij gevraagd om tot de redding te komen op dit kritieke uur. De kritieke situatie hebben jullie echter aan jullie zelf te danken. Daarom is deze toestand niet een passerend incident, maar een fundamentele fout van het oordelende systeem van onze overheid. De Nationale Vertegenwoordiging heeft op dit moment twee functies, wetgevend en uitvoerend. Elke afgevaardigde wil deelnemen in elke ministeriële beslissing en zijn neus in elke overheidsdepartement en elke beslissing gemaakt door een minister steken. Uwe excellenties, geen minister kan deze taak en verantwoordelijkheid toevertrouwd worden, en een post in dergelijke omstandigheden accepteren. Jullie moeten jullie realiseren dat een overheid gefundeerd op deze basis onmogelijk te realiseren is, en als het gerealiseerd wordt zullen jullie het niet een overheid noemen maar een ruïne en we moeten deze stand van zaken waarderen. Daarom heb ik besloten om Turkije te veranderen in een republiek met een gekozen President.” Toen hij zijn speech beëindigd had werd er al snel gerealiseerd dat hij al een decreet had voorbereid, Turkije tot een republiek makend en zichzelf verkiezend als de eerste President van de Turkse republiek. Hij transformeerde zichzelf in de wettige heerser van het land.
De dingen verliepen echter niet zo goed voor Mustafa Kemal zoals hij gewild had. Wat betreft één feit, het Turkse volk is moslim en wat Mustafa Kemal deed druiste tegen Islam in. Een gevoel dat Mustafa Kemal de intentie had Islam te vernietigen verspreidde zich, geladen door Kamals’ eigen handelingen. In zijn privé leven verachtte hij Islam, al de Goddelijke Sjari’a regels overschreidend, alles wat de moslims in hoge waarde en heiligheid achtten bespottend. Mensen realiseerde zich snel dat de nieuwe heersers van Ankara vervloekte Kaafiroen waren en begonnen zich rondom de Khaliefah ‘Abdoel Madjid te scharen. Zij probeerden hem de autoriteit terug te geven en hem de effectieve heerser te maken zodat hij zich kon ontdoen van deze afvalligen. Mustafa Kemal voelde de groeiende dreiging aan en realiseerde zich dat de meerderheid van de mensen hem verachtte, hem beschuldigend van het zijn van een Zindiq en Kaafir. Hij dacht lang en hard na over deze kwestie met als resultaat dat hij zijn propagandacampagne tegen de Khaliefah en de Khilafah intensiveerde, door de hartstocht van de Nationale Vertegenwoordiging op te wekken totdat het een wet adopteerde en tot wet verheven maakte welke impliceerde dat elke oppositie tegen de republiek en het bijstaan van de Sultan als een daad van verraad beschouwd zou worden, met de doodstraf als consequentie. Mustafa Kemal begon toen bij elke bijeenkomst te praten over de nadelen van de Khilafah, vooral bij de Nationale Vertegenwoordiging. Hij begon het terrein klaar te maken om de Khilafah af te schaffen. Sommige afgevaardigden werkten deze dreiging tegen door het spreken over de diplomatieke voordelen van de Khilafah, zij werden op hun beurt geconfronteerd met een felle aanval van Mustafa Kemal. Hij zei tegen de Nationale Vertegenwoordiging: “Was het niet door de Khilafah, Islam en de kerkelijkheid dat de Turkse boeren vochten en dood gingen voor vijf eeuwen? Het wordt de hoogste tijd dat Turkije op zijn eigen belangen gaat letten en de Indiesche en Arabische negeren. Turkije moet zichzelf van de leiding over de moslims ontdoen.”
Mustafa Kemal zette zijn propagandacampagne tegen de Khilafah voort, haar nadelen aan het Turkse volk markerend. Hij lasterde de Khilafah zelf ook door hem en zijn aanhang als de echte verraders en Britse marionetten af te schilderen. Mustafa Kemal stopte daar niet, maar ging door met het financieren van een terreur campagne tegen hen die voorstanders van de Khilafah waren. Zijn reactie op iemand van de afgevaardigden die openlijk de verplichting van het houden aan de Khilafah en de bescherming van de dien verklaarde, was het inhuren van iemand om hem diezelfde nacht waarop hij sprak te vermoorden. Dus één van zijn volgers vermoordde hem die nacht toen hij op zijn weg terug was van de Nationale Vertegenwoordiging. Een andere afgevaardigde leverde een Islamitische speech, dus Mustafa Kemal dagvaardde hem en dreigde hem met de strop als hij zijn mond weer open zou doen.
Mustafa Kemal verspreidde overal terreur. Bij tijd beval hij de Gouverneur van Istanbul het protocol en de ceremoniële tentoonstelling dat de stoet van de Khaliefah omringde te verkorten tijdens Salaat al djoemoe’a. Hij verminderde eveneens het salaris van de Khaliefah tot het minimum en maande zijn volgers aan hem te verlaten. Toen enkelen van de matige aanhangers van Mustafa Kemal dit zagen, begonnen hun Islamitische gevoelens weer hoog op te lopen en ze vreesden de nietigverklaring van de Khilafah. Ze stelden aan Mustafa Kemal het idee voor zichzelf te benoemen als Khaliefah over de moslims. Hij weigerde dit op geflatteerde wijze. Daarna werd hij bezocht door twee delegaties, één van Egypte en de ander van India die hem vroegen zichzelf als Khaliefah over de moslims aan te stellen en dezen bepleitten dit op vurige wijze bij hem maar zonder resultaat. Mustafa Kemal had bij dezen de weg bereid om de dodenklok te laten luiden en zijn fatale klap uit te delen aan de Khilafah.
Haat en verachtig voor buitenlanders, de vijand en hun zogenaamde bondgenoot de Khaliefah was wijdverspreid onder de mensen met dank aan Kemal, de gewapende machten en de Nationale Vertegenwoordiging. Het gevoel opwekkende van haat jegens de buitenlanders was louter een zet bedoeld om de Khaliefah te beschuldigen bondgenoot van hen te zijn. Toen de publieke opinie naar hem was verschoven en met de gevoelens tegen de Khaliefah hoog oplopend, presenteerde Mustafa Kemal de Nationale Afgevaardigden op 3 maart 1924 een motie die de nietigheid van de Khilafah verklaarde en de verwijdering en uitwijzing van de Khaliefah waardoor de dien effectief werd gescheiden van de Staat.
Sommige van de woorden welke hij zei toen hij de motie presenteerde aan de afgevaardigden waren de volgende: “Op welke kosten zou de bedreigde republiek veilig gesteld worden en gevestigd worden op een sterke wetenschappelijke basis? De Khaliefah en de erfenissen van “Ahl al Oethman” moeten gaan, de oude religieuze rechtbanken en hun wetten moeten vervangen worden door moderne rechtbanken en moderne wetten, de scholen van de geestelijkheid moeten de weg vrij maken voor de seculaire regeringsscholen.” Daarna begon hij de dien aan te vallen en de wat hij noemde religieuze mannen. Een echte dictatoriale autoriteit weergevende, adopteerde hij zelf de motie en verzekerde de toestemming van de Nationale Vertegenwoordiging zonder enig debat. Daarna zond hij een bevel naar de Gouverneur van Istanbul verklarende dat de Khaliefah: “Abdul Madjid, Turkije voor de ochtend van de volgende dag zou moeten verlaten. De Gouverneur zelf, ging naar een groep van politiemannen en soldaten naar het paleis van de Khaliefah in het midden van de nacht. Ze forceerden hem in een rijwagen en escorteerden hem naar de grens hem niet toestaande om meer dan een koffer gevuld met wat kleding en een beetje geld mee te nemen.
Dit is hoe Mustafa Kemal de Islamitische Staat en de Islamitische systemen vernietigde en in haar plaats een Kapitalistische staat met een Kapitalistisch systeem vestigde. Door het vernietigen van de Islamitische Staat vervulde hij de droom van de ongelovigen welke ze koesterden sinds de Kruistochten.